Het begin van een nieuwe logischerecord moet worden aangegeven door het teken „FS”.
Auf die gleiche Weise wird der Beginn eines neuen Datensatzes durch das Trennzeichen „FS“ angezeigt.
Korpustyp: EU DGT-TM
Voor elke logischerecord in het bestand moeten, afhankelijk van het recordtype, verschillende informatievelden bestaan.
Für jeden Datensatz in der Datei müssen mehrere für den Datensatztyp geeignete Informationsfelder vorhanden sein.
Korpustyp: EU DGT-TM
In het geval van tagged-field logischerecords wordt elk gebruikt informatieveld volgens deze norm genummerd.
Bei Datensätzen mit nummerierten Feldern muss jedes verwendete Informationsfeld gemäß diesem Standard nummeriert werden.
Korpustyp: EU DGT-TM
Dit verplichte veld bevat een telling van het aantal minutiae dat in deze logischerecord is vastgelegd.
Dieses obligatorische Feld nennt die Zahl der in diesem Datensatz erfassten Minutien.
Korpustyp: EU DGT-TM
In dit document wordt bij wijze van voorbeeld een getal van drie cijfers gebruikt voor het opsommen van de velden in elk van de in het document beschreven tagged-field logischerecords.
Zu Illustrationszwecken in diesem Dokument wird eine 3-stellige Zahl für die Felder verwendet, die in jedem der beschriebenen nummerierten Datensätze enthalten sind.
Korpustyp: EU DGT-TM
Afgebakende informatie kan zijn: elementen in een veld of subveld, velden in een logischerecord, of herhalingen van subvelden.
Bei den voneinander abgegrenzten Informationen kann es sich um Elemente innerhalb eines Felds oder Unterfelds, um Felder innerhalb eines Datensatzes oder um mehrfach vorkommende Unterfelder handeln.
Korpustyp: EU DGT-TM
Ter wille van de samenhang wordt onmiddellijk na de laatste databyte van veld 15.999 een „FS”-scheidingsteken gebruikt als afscheiding van de volgende logischerecord.
Um Kohärenz zu gewährleisten, wird ein „FS“-Trennzeichen unmittelbar nach dem letzten Byte der Bilddaten des Feldes 15.999 eingefügt, um dieses vom nächsten Datensatz abzutrennen.
Korpustyp: EU DGT-TM
Dit verplichte ASCII-veld bevat de lengte van de logischerecord en specificeert het totale aantal bytes, daaronder begrepen elk karakter van elk veld in de record.
Dieses obligatorische ASCII-Feld enthält die Länge des Datensatzes und gibt die Gesamtanzahl von Bytes, d. h. auch jedes Zeichen von jedem im Datensatz enthaltenen Feld, an.
Korpustyp: EU DGT-TM
Het controleteken van het ASCII-bestandscheidingsteken „FS” (dat het einde van de logischerecord of opdracht aangeeft) volgt de laatste byte van de ASCII-informatie en wordt meegerekend in de lengte van de record.
Das Kontrollzeichen des ASCII-Dateitrennzeichens „FS“ (das das Ende des Datensatzes oder der Transaktion bezeichnet) folgt auf das letzte Byte der ASCII-Information und wird in die Länge des Datensatzes mit einbezogen.
Korpustyp: EU DGT-TM
Deze versie bevat de basisdefinities voor de logischerecords van type 1, type 2, type 4, type 9, type 13 en type 15, die nodig zijn voor het verwerken van dactyloscopische gegevens (beelden en minutiae).
In dieser Fassung werden alle grundlegenden Definitionen für Datensätze der Typen Typ 1, Typ 2, Typ 4, Typ 9, Typ 13 und Typ 15 erfasst, die für eine Fingerabdruckverarbeitung erforderlich sind, die sich auf Bilder und Minutien stützt.
Korpustyp: EU DGT-TM
14 weitere Verwendungsbeispiele mit "logisch record"
10 weitere Treffer unter Übersetzungen/Wortverbindungen
Niederländische Sätze
Deutsche Sätze
De volgende logische records worden teruggestuurd:
Die folgenden logischen Datensätze sind das Ergebnis:
Korpustyp: EU DGT-TM
Een bestand met dactyloscopische gegevens bestaat uit verschillende logische records.
Eine Fingerabdruckdatei besteht aus verschiedenen logischen Datensätzen.
Korpustyp: EU DGT-TM
Een opdrachtbestand bestaat uit één of meer logische records.
Eine Transaktionsdatei besteht aus einem oder mehreren logischen Datensätzen.
Korpustyp: EU DGT-TM
In tagged field logische records worden vier ASCII-infomatiescheidingstekens gebruikt om informatie af te bakenen.
In den Datensätzen mit nummerierten Feldern wird die Abgrenzung der Informationen durch 4 ASCII-Informationstrennzeichen erreicht.
Korpustyp: EU DGT-TM
In het geval van tagged-field logische records wordt elk gebruikt informatieveld volgens deze norm genummerd.
Bei Datensätzen mit nummerierten Feldern muss jedes verwendete Informationsfeld gemäß diesem Standard nummeriert werden.
Korpustyp: EU DGT-TM
Logische records van type 1 en type 2 bevatten uitsluitend ASCII-tekstgegevensvelden.
Die logischen Typ-1- und Typ-2-Datensätze enthalten nur ASCII-Textdatenfelder.
Korpustyp: EU DGT-TM
In het geval van een „No-HIT” worden de volgende logische records teruggestuurd:
Wird kein Treffer festgestellt (No-HIT), so sind die folgenden logischen Datensätze das Ergebnis:
Korpustyp: EU DGT-TM
In het geval van een „HIT” worden de volgende logische records teruggestuurd:
Bei einem Treffer (HIT) sind die folgenden logischen Datensätze das Ergebnis:
Korpustyp: EU DGT-TM
In een logische record van type 13 wordt informatie in genummerde velden verstrekt.
In Typ-13-Datensätzen sind die Daten in nummerierten Feldern einzugeben.
Korpustyp: EU DGT-TM
Dit veld bevat een opsomming van alle records in het bestand, per recordtype en in de volgorde waarin de records in het logisch bestand voorkomen.
In diesem Feld ist jeder der Datensätze in der Datei nach Datensatztyp und der Reihenfolge aufgeführt, in der die Datensätze in der Datei erscheinen.
Korpustyp: EU DGT-TM
Daartoe moeten logische records van type 4 dactyloscopische beelden bevatten die met een nominale pixeldensiteit van 500 tot 520 pixels per inch worden doorgestuurd.
Typ-4-Datensätze werden zur Einbindung daktyloskopischer Bilddaten benötigt, die mit einer nominalen Pixeldichte von 500 bis 520 Pixel/Inch übertragen werden.
Korpustyp: EU DGT-TM
Deze versie bevat de basisdefinities voor de logische records van type 1, type 2, type 4, type 9, type 13 en type 15, die nodig zijn voor het verwerken van dactyloscopische gegevens (beelden en minutiae).
In dieser Fassung werden alle grundlegenden Definitionen für Datensätze der Typen Typ 1, Typ 2, Typ 4, Typ 9, Typ 13 und Typ 15 erfasst, die für eine Fingerabdruckverarbeitung erforderlich sind, die sich auf Bilder und Minutien stützt.
Korpustyp: EU DGT-TM
Het formaat van elk veld bestaat uit het nummer van het type logische record, gevolgd door een punt „.”, een veldnummer gevolgd door een dubbele punt „:”, en vervolgens de informatie die bij dat veld hoort.
Das Format für jedes Feld muss aus der Nummer des Datensatztyps, gefolgt von einem Punkt „.“, einer Feldnummer gefolgt von einem Doppelpunkt „:“, gefolgt von der dem Feld entsprechenden Information bestehen.
Korpustyp: EU DGT-TM
In dit document wordt bij wijze van voorbeeld een getal van drie cijfers gebruikt voor het opsommen van de velden in elk van de in het document beschreven tagged-field logische records.
Zu Illustrationszwecken in diesem Dokument wird eine 3-stellige Zahl für die Felder verwendet, die in jedem der beschriebenen nummerierten Datensätze enthalten sind.