linguatools-Logo
309 Verwendungsbeispiele

Übersetzungen

[VERB]
passieren gebeuren 44.310 passeren 232
[Weiteres]
passieren op- en voorbijlopen
inhalen

Verwendungsbeispiele

passieren gebeuren
 

Deutsche Sätze

Niederländische Sätze

Vier Menschen befanden sich im Auto, als der Unfall passierte.
Er waren vier mensen in de auto wanneer het ongeval gebeurde.
   Korpustyp: Beispielsatz
Amy hat gerade erfahren, was wirklich passiert ist.
Amy is er net achter wat er gebeurt is.
   Korpustyp: Untertitel
Aber bei der zweiten Lesung im Rat sind noch andere merkwürdige Sachen passiert.
Er zijn ook bij de tweede lezing in de Raad vreemde dingen gebeurd.
   Korpustyp: EU
Selina, was letzte Nacht passiert ist, darf nie wieder passieren.
Selina, wat er gisteravond gebeurde... Dat kan nooit meer gebeuren.
   Korpustyp: Untertitel
Was derzeit in Rußland passiert, ist äußerst besorgniserregend.
Hetgeen momenteel in Rusland gebeurt, is uiterst zorgwekkend.
   Korpustyp: EU
Jack Porter weiß, was auf der Amanda passiert ist.
Jack Porter weet wat er is gebeurd op de Amanda.
   Korpustyp: Untertitel

100 weitere Verwendungsbeispiele mit passieren

209 weitere Treffer unter Übersetzungen/Wortverbindungen

Deutsche Sätze

Niederländische Sätze

Kann doch mal passieren.
- Wat voor vlek?
   Korpustyp: Untertitel
Wie konnte das passieren?
Hoe raakte zij hierin verzeild?
   Korpustyp: Untertitel
- Wie konnte das passieren?
- Hoe kwam dat?
   Korpustyp: Untertitel
- Das wird nicht passieren.
Kom met ons praten.
   Korpustyp: Untertitel
Es kann nichts passieren.
Het is volkomen veilig.
   Korpustyp: Untertitel
- Das wird nicht passieren.
Roy heeft me ooit een gunst bewezen.
   Korpustyp: Untertitel
- Können Pferde passieren?
Kunnen daar paarden overheen?
   Korpustyp: Untertitel
Das wird nicht passieren.
Dit gaat mooi niet door.
   Korpustyp: Untertitel
- Das wird nicht passieren.
Daar komt niks van in.
   Korpustyp: Untertitel
Wie konnte das passieren?
Hoe is het zo ver gekomen?
   Korpustyp: Untertitel
- Nichts wird passieren.
- lk weet wat ik doe.
   Korpustyp: Untertitel
Bitte passieren Sie, Fräulein.
Ga maar door, juffrouw.
   Korpustyp: Untertitel
Was soll schon passieren?
Omdat ik veilig in een gekkenhuis zit.
   Korpustyp: Untertitel
- Wir passieren einen Wirbel.
- Een subruimte wervelstroom.
   Korpustyp: Untertitel
Wie konnte das passieren?
Hoe kun jij nou hetero zijn?
   Korpustyp: Untertitel
Dir wird nichts passieren.
Ze weten waar we zijn.
   Korpustyp: Untertitel
Das wird nicht passieren.
- Nooit van me leven.
   Korpustyp: Untertitel
Wie konnte das passieren?
Hoe is dat zo gekomen?
   Korpustyp: Untertitel
Das wird nicht passieren.
- Dat wordt hij niet.
   Korpustyp: Untertitel
Wann es passieren wird.
En ook niet wanneer.
   Korpustyp: Untertitel
Kann ja mal passieren.
Het was gewoon 'n ongelukje.
   Korpustyp: Untertitel
Das wird nicht passieren.
Dat krijg je ook niet.
   Korpustyp: Untertitel
Das wird nicht passieren.
Het gaat niet door.
   Korpustyp: Untertitel
- Dir darf nichts passieren.
Ga mam maar helpen met de spreuk.
   Korpustyp: Untertitel
- Wie konnte das passieren?
Ben ik even blij.
   Korpustyp: Untertitel
Das sollte nicht passieren.
Het was niet de bedoeling.
   Korpustyp: Untertitel
Was soll schon passieren?
- Wat is het ergste scenario?
   Korpustyp: Untertitel
Wird nicht passieren, Max.
lk volgde je advies.
   Korpustyp: Untertitel
- Das wird nicht passieren.
- Snap je het niet?
   Korpustyp: Untertitel
Wie konnte das passieren?
Hoe kan dat?
   Korpustyp: Untertitel
Wie konnte das passieren?
Hoe is 't zover gekomen?
   Korpustyp: Untertitel
- Warum sollte das passieren?
- Dan wordt hij weer geassimileerd.
   Korpustyp: Untertitel
Jetzt lass mich passieren.
Nu, laat mij erdoor.
   Korpustyp: Untertitel
- Mir würde nichts passieren.
- Mij maakt dat helemaal niets uit.
   Korpustyp: Untertitel
Ihm wird nichts passieren.
Maak je geen zorgen.
   Korpustyp: Untertitel
Viel kann da passieren.
Bij zo'n val kan alles.
   Korpustyp: Untertitel
- Sowas sollte nicht passieren.
-Zoiets zou niet mogen.
   Korpustyp: Untertitel
- Wir passieren Thors Zwillinge.
We zijn bij Thor's Twins.
   Korpustyp: Untertitel
Abflugkontrolle, wir passieren 9000.
We vliegen aan 9000 toeren.
   Korpustyp: Untertitel
Das wird nicht passieren.
En weet je... - Ellen.
   Korpustyp: Untertitel
Jetzt wird Folgendes passieren.
-En hier is wat volgt.
   Korpustyp: Untertitel
Was würde sonst passieren?
Waar zou het anders heen moeten?
   Korpustyp: Untertitel
Was würde passieren, wenn?
Waar zouden we eindigen als?
   Korpustyp: Untertitel
Wie konnte das passieren?
Zo dom zijn wij toch niet?
   Korpustyp: Untertitel
- Das kann jedem passieren.
- Zo kan het iedereen vergaan, candela.
   Korpustyp: Untertitel
Es wird nichts passieren.
Ze kunnen niemand missen.
   Korpustyp: Untertitel
Das darf nicht passieren.
Dat kan toch niet?
   Korpustyp: Untertitel
Das wird nicht passieren.
- Dat gaat niet werken.
   Korpustyp: Untertitel
Das kann nicht passieren.
Waar zijn we mee bezig?
   Korpustyp: Untertitel
Uns wird nicht passieren.
We zullen in orde zijn.
   Korpustyp: Untertitel
Wie konnte das passieren?
Hoe kon het zo misgaan?
   Korpustyp: Untertitel
- Was soll dort passieren?
Waar gaat de scène over?
   Korpustyp: Untertitel
Also sollte das passieren?
Was dat de bedoeling?
   Korpustyp: Untertitel
Das wird nicht passieren.
Dat kun je vergeten.
   Korpustyp: Untertitel
- Wie konnte das passieren?
- Hoe kan dat nou toch?
   Korpustyp: Untertitel
Das musste ja passieren.
Wat een mooie non sequitur.
   Korpustyp: Untertitel
Das sollte nicht passieren.
Dit hoort niet zo.
   Korpustyp: Untertitel
Das könnte jedem passieren.
Maar je zou dat niet verzwijgen?
   Korpustyp: Untertitel
Das kann günstigenfalls passieren.
Dat is in het beste geval.
   Korpustyp: Untertitel
Wie konnte das passieren?
Hoe kan dit dan weer.
   Korpustyp: Untertitel
Es muss was passieren!
We moeten dit aan pakken.
   Korpustyp: Untertitel
Ja, das wird passieren.
Ja, dat gaat je vast lukken.
   Korpustyp: Untertitel
Das wird nicht passieren.
om de overgang te voltooien.
   Korpustyp: Untertitel
Wie konnte das passieren?
Waarom heb je dit gedaan?
   Korpustyp: Untertitel
- Wie konnte das passieren?
- Hoe kon je dit toelaten?
   Korpustyp: Untertitel
Wir passieren den Bulk.
We zitten in de bulk.
   Korpustyp: Untertitel
Das wird nicht passieren.
Zo'n vaart zal 't niet lopen.
   Korpustyp: Untertitel
- Das wird nicht passieren.
Dat gaat niet lukken.
   Korpustyp: Untertitel
Das wird nicht passieren.
Dat kun je schudden.
   Korpustyp: Untertitel
Das wird nie passieren.
Die bus komt nooit.
   Korpustyp: Untertitel
Wie konnte das passieren?
Hoe heb je dat voor elkaar gekregen?
   Korpustyp: Untertitel
- Wann wird das passieren?
- Na de hogere school.
   Korpustyp: Untertitel
- Dasselbe würde passieren.
- Dat maakt niks uit.
   Korpustyp: Untertitel
- Das wird niemals passieren.
- Vergeet het maar, dr. Hodgins.
   Korpustyp: Untertitel
Dir wird nichts passieren.
Je zult veilig zijn.
   Korpustyp: Untertitel
Das sollte nicht passieren!
Dat was niet de bedoeling.
   Korpustyp: Untertitel
Das wird nicht passieren.
- Dat dacht ik dus niet.
   Korpustyp: Untertitel
Das darf nicht passieren.
Dit houd je niet voor mogelijk.
   Korpustyp: Untertitel
- Genau das würde passieren.
- Zoiets had ik in gedachten.
   Korpustyp: Untertitel
Das wird nicht passieren.
Nee, vergeet het maar.
   Korpustyp: Untertitel
Diese Dinge passieren einfach.
Dit was niet mijn plan.
   Korpustyp: Untertitel
Aggie wird nichts passieren.
Aggie redt het prima.
   Korpustyp: Untertitel
- Das muss nicht passieren.
- Michelle hoeft niet te sterven.
   Korpustyp: Untertitel
Wie konnte das passieren?
Hoe kan zoiets mogelijk zijn?
   Korpustyp: Untertitel
- Wie konnte das passieren?
Wie heeft de brand gesticht?
   Korpustyp: Untertitel
Es kann nichts passieren.
We hebben enkele wijzigingen aangebracht.
   Korpustyp: Untertitel
Was kann schon passieren?
Wat is het ergste scenario?
   Korpustyp: Untertitel
Ihnen kann nichts passieren.
Je bent hier veilig.
   Korpustyp: Untertitel
Das musste irgendwann passieren.
Dat kon iedereen zien.
   Korpustyp: Untertitel
Es könnte jedem passieren.
- Het was een vergissing.
   Korpustyp: Untertitel
Sie passieren meine Position.
Ze rijden nu voorbij mijn positie.
   Korpustyp: Untertitel
Das darf nicht passieren.
Dit is niet echt. lk herhaal:
   Korpustyp: Untertitel
- Das wird nicht passieren.
Het wordt 'm niet.
   Korpustyp: Untertitel
Wie konnte das passieren?
Hoe kon dat nou?
   Korpustyp: Untertitel
Falls etwas passieren sollte:
We zien je hiervandaan.
   Korpustyp: Untertitel
Ihm darf nichts passieren.
Doe het rustig aan en doe hem niets.
   Korpustyp: Untertitel
Wird mir auch passieren!
Net zoaîs ik trouwens.
   Korpustyp: Untertitel
Das darf nicht passieren!
lk mag niet toegeven.
   Korpustyp: Untertitel
Das sollte nicht passieren.
Dit is niet de bedoeling.
   Korpustyp: Untertitel
Was soll schon passieren?
We zitten bij daglicht in een auto.
   Korpustyp: Untertitel