100 weitere Verwendungsbeispiele mit reparieren

166 weitere Treffer unter Übersetzungen/Wortverbindungen

Und reparieren kann er!

En hij kan alles fiksen.

   Korpustyp: Untertitel

- Um alles zu reparieren.

- Om alles in orde te krijgen.

   Korpustyp: Untertitel

Niemand kann das reparieren...

Ze is dood, Norman.

   Korpustyp: Untertitel

- Was reparieren wir?

Waar moeten we aan werken?

   Korpustyp: Untertitel

Ich kann das reparieren.

lk heb alleen een ladder nodig.

   Korpustyp: Untertitel

- Reparieren Sie es!

Doe er wat aan.

   Korpustyp: Untertitel

Die Spüle reparieren lassen.

De gootsteen na laten kijken.

   Korpustyp: Untertitel

- Können Sie es reparieren?

- Kun jij dat?

   Korpustyp: Untertitel

Kannst du ihn reparieren?

Krijg je hem weer aan de praat?

   Korpustyp: Untertitel

Du solltest Autos reparieren.

Jij moet repowerk gaan doen.

   Korpustyp: Untertitel

- Dann reparieren Sie es.

Doe jij het dan. - Nee.

   Korpustyp: Untertitel

Du musst Charlie reparieren.

lk heb je nodig om Charlie te redden.

   Korpustyp: Untertitel

Kannst du Telefone reparieren?

Kun jij de telefoon reppareren?

   Korpustyp: Untertitel

- Die Klimaanlage reparieren.

- Onderhoud van de airco.

   Korpustyp: Untertitel

-Können Sie es reparieren?

Hier is uw probleem.

   Korpustyp: Untertitel

Lässt sich das reparieren?

Komt het nog wel goed?

   Korpustyp: Untertitel

- Es lässt sich reparieren.

- Dat komt het zeker.

   Korpustyp: Untertitel

Könnten Sie sie reparieren?

Geef me een volledige scan.

   Korpustyp: Untertitel

Das wollte er reparieren...

En hij ging er wat aan doen.

   Korpustyp: Untertitel

Wir werden das reparieren.

We halen het weg.

   Korpustyp: Untertitel

Estaban sollte es reparieren...

lk heb Esteban gezegd dat hij...

   Korpustyp: Untertitel

Muss man nur reparieren.

Er moet wat aan gebeuren.

   Korpustyp: Untertitel

- Können Sie den reparieren?

- Je kent de moeilijke situatie?

   Korpustyp: Untertitel

Wir reparieren das Licht.

We werken aan de lichten, goed?

   Korpustyp: Untertitel

- Reparieren Sie das.

- Stel hem dan weer in werking.

   Korpustyp: Untertitel

- Wird sie es reparieren?

Maakt ze het nou of niet?

   Korpustyp: Untertitel

Muss ein Riesenloch reparieren.

Er zit een groot gat in.

   Korpustyp: Untertitel

Ich werde dich reparieren.

lk zal je krijgen!

   Korpustyp: Untertitel

Vielleicht kann ich's reparieren.

Laat eens zien. Het is het magazijn.

   Korpustyp: Untertitel

Don wird das reparieren.

Don regelt het wel.

   Korpustyp: Untertitel

- Ihr Rad reparieren lassen.

- Haar band laten plakken.

   Korpustyp: Untertitel

- Sie reparieren den Fernseher.

De TV is niet stuk.

   Korpustyp: Untertitel

Sie kann Toaster reparieren.

Daar is ze dol op.

   Korpustyp: Untertitel

Ich kann sie reparieren.

Dat regel ik voor je.

   Korpustyp: Untertitel

Sie reparieren das Kabelfernsehen.

Ze zijn met de kabel bezig.

   Korpustyp: Untertitel

Was soll ich reparieren?

Waar heb je het over?

   Korpustyp: Untertitel

Ich kann's reparieren.

Dat kan ik wel.

   Korpustyp: Untertitel

Ich möchte es nicht mehr reparieren oder uns reparieren.

lk wil het niet redden of ons redden.

   Korpustyp: Untertitel

- "Sie reparieren den Pinguin!" - "Nein, Sie reparieren ihn!"

Jij maakt die pinguïn. - Nee, jij.

   Korpustyp: Untertitel

Ich werde alles reparieren, versprochen.

lk zal alles vergoeden, Millie.

   Korpustyp: Untertitel

Dann sollten Sie sie reparieren.

- Dan moet je er zeker wat aan doen.

   Korpustyp: Untertitel

Du willst mein Auto reparieren?

Tuurlijk, jij maakt mijn auto?

   Korpustyp: Untertitel

Wir reparieren nur die Glaskiste.

- We proberen die glazen doos te laten werken.

   Korpustyp: Untertitel

- Reparieren Sie's, bevor ich durchdreh!

Voor ik gek word.

   Korpustyp: Untertitel

Liebe... Wird nichts mehr reparieren.

Liefde maakt dit niet meer goed.

   Korpustyp: Untertitel

Wollen Sie Diaphragma nicht reparieren?

Maakt u het gat niet dicht?

   Korpustyp: Untertitel

Ich lasse die Scheibe reparieren.

lk ga de ruit laten vervangen.

   Korpustyp: Untertitel

Ich soll die Fenster reparieren...

lk kom voor het probleem met de ramen.

   Korpustyp: Untertitel

- Können Sie den Bildschirm reparieren?

- Kunt u het scherm in werking stellen?

   Korpustyp: Untertitel

Lassen Sie Ihre Uhren reparieren.

Zet de klok maar vast gelijk.

   Korpustyp: Untertitel

Man muss es etwas reparieren.

Hij moet opgeknapt worden.

   Korpustyp: Untertitel

Ich muss ein Schild reparieren.

Er hangt een bord los.

   Korpustyp: Untertitel

- Natürlich kann er ihn reparieren.

Natuurlijk kan hij dat.

   Korpustyp: Untertitel

Tom, reparieren Sie die Lebenserhaltung.

Tom, werk aan de levenssystemen.

   Korpustyp: Untertitel

Ich soll ihn reparieren, ja?

je moet het gewoon laten werken, hey?

   Korpustyp: Untertitel

Sie können ihn nicht reparieren.

Je kan hem niet vermaken.

   Korpustyp: Untertitel

- Und du wirst sie reparieren.

- Nee, dat zal ik niet.

   Korpustyp: Untertitel

Das werde ich bald reparieren.

Dat regel ik wel even.

   Korpustyp: Untertitel

Du musst das Schloss reparieren.

Je moet echt eens het slot op je achterdeur controleren.

   Korpustyp: Untertitel

Lass den Fernseher reparieren, Schatz.

Verkrijg de TVfixed, schat.

   Korpustyp: Untertitel

- Ich muss das Gerät reparieren.

ls het goed.

   Korpustyp: Untertitel

Wir reparieren, wir forschen nicht.

We doen geen onderzoek.

   Korpustyp: Untertitel

Wir reparieren den VW-Bus.

We knappen de bus op.

   Korpustyp: Untertitel

- Ich sollte Ihr System reparieren.

lk moest jullie toch laten werken?

   Korpustyp: Untertitel

Um das Leck zu reparieren.

Om het lek te dichten.

   Korpustyp: Untertitel

- Geh deine Familie wieder reparieren.

Weet je het zeker?

   Korpustyp: Untertitel

Wir werden das reparieren. Okay?

Daar gaan we iets aan doen, oké?

   Korpustyp: Untertitel

Wie wollen wir das reparieren?

Dus hoe gaan we dit regelen?

   Korpustyp: Untertitel

Können Sie sie reparieren lassen?

Die klok loopt achter.

   Korpustyp: Untertitel

Wir sollen einen Monitor reparieren.

Iemand belde voor een defecte monitor?

   Korpustyp: Untertitel

Können Sie unser Schiff reparieren?

- lk moet het even bekijken.

   Korpustyp: Untertitel

Sie reparieren das alte Flug...

Ze zijn het ouwe vlieg...

   Korpustyp: Untertitel

Da ist nix zu reparieren.

Niks meer aan doen.

   Korpustyp: Untertitel

Können Sie den Hut reparieren?

Kun je hem weer aan de praat krijgen?

   Korpustyp: Untertitel

- ich kann ziemlich vieles reparieren.

lk weet het niet.

   Korpustyp: Untertitel

Ich kann das selbst reparieren.

Nee, dit kan ik zelf helpen.

   Korpustyp: Untertitel

- "Sie reparieren ihn!" - "Nein, Sie!"

Jij maakt hem. - Nee, jij.

   Korpustyp: Untertitel

Kannst du das Shuttle reparieren?

Kun jij die shuttle fiksen?

   Korpustyp: Untertitel

Er wollte keine Server reparieren.

- Hij kwam niet voor de server.

   Korpustyp: Untertitel

Muss ein paar Sachen reparieren.

Gotta get huis en vast een aantal dingen.

   Korpustyp: Untertitel

Wir könnten die Hauptstraße reparieren.

Natuurlijk kunnen we de straat renoveren.

   Korpustyp: Untertitel

Und wer muss das wohl reparieren?

En wie bellen ze dan?

   Korpustyp: Untertitel

Wir reparieren nur was da hinten.

- We knappen de boel op.

   Korpustyp: Untertitel

Andrei ist schon dabei es zu reparieren.

- Andrei is er al mee bezig.

   Korpustyp: Untertitel

Dad, ich kann das nicht reparieren.

Pap, ik kan het niet werkend krijgen.

   Korpustyp: Untertitel

Aber im Spiel geht's ums Reparieren.

Maar de game gaat over fiksen.

   Korpustyp: Untertitel

Projekttag, Erinnerungsscanner, Zeitkontinuum, das zu reparieren ist?

Een tijdelijke pauze. Hij heeft een klein vertrouwen probleem.

   Korpustyp: Untertitel

Lewis, du musst die Zeitmaschine reparieren.

lk kan het niet.

   Korpustyp: Untertitel

Sie können das nicht reparieren, oder?

Je kunt me zeker niet helpen?

   Korpustyp: Untertitel

Ich dachte, Sie reparieren die optronischen Relais.

lk dacht dat je de relais repareerde.

   Korpustyp: Untertitel

Vorausgesetzt natürlich, man will es überhaupt reparieren.

Zodra jullie die deur uit stappen, weet ik het niet meer.

   Korpustyp: Untertitel

Wir reparieren eine Aortentrennung ernsthaft ohne Blut?

Gaan we echt een aorta opereren zonder bloed?

   Korpustyp: Untertitel

Ich kann diese Post-Op reparieren.

lk kan dit na de operatie doen.

   Korpustyp: Untertitel

Jetzt hilf mir, den Wagen zu reparieren.

Help me even met die band.

   Korpustyp: Untertitel

Aber manchmal kann man nicht alles reparieren.

Weet je, maar soms kan je niet alles recht zetten.

   Korpustyp: Untertitel

Ich denke er ist nicht zu reparieren.

Hij is een verloren zaak.

   Korpustyp: Untertitel

Wir müssen stoppen und die Raupeneinheit reparieren.

We moeten stoppen, kapitein.

   Korpustyp: Untertitel

Willst du wirklich das Telefon reparieren?

ls dit wel een goed idee?

   Korpustyp: Untertitel

Ich muss die Bremse reparieren lassen.

De remmen waren vast kapot

   Korpustyp: Untertitel

Wir sind programmiert uns selbst zu reparieren.

Wil je Skynet tegenhouden? Dit is de manier.

   Korpustyp: Untertitel