100 weitere Verwendungsbeispiele mit taart

103 weitere Treffer unter Übersetzungen/Wortverbindungen

'Welke taart? '

"Was für 'ne Geburtstagstorte?"

   Korpustyp: Untertitel

Dobos-taart

Dobostorte

   Korpustyp: Wikipedia

Cassata (taart)

Cassata

   Korpustyp: Wikipedia

Wie gooide die taart?

Na Kinder, verratet ihr's mir?

   Korpustyp: Untertitel

- Eten jullie hier taart?

Wir sind wie jede Behörde.

   Korpustyp: Untertitel

Hier is je taart.

Und da ist sie!

   Korpustyp: Untertitel

Het is normandische taart.

Es ist französischer Apfelkuchen.

   Korpustyp: Untertitel

Een taart voor kerstmis?

Oder einen Obstkuchen zu Weihnachten?

   Korpustyp: Untertitel

- De taart, papa.

Der hier... ist sehr populär.

   Korpustyp: Untertitel

Kers op de taart.

Und das ist das Sahnehäubchen.

   Korpustyp: Untertitel

Neem een stuk taart.

Warum bist du zu ihm so nett?

   Korpustyp: Untertitel

- en 13 taart punten.

Was hast du getan?

   Korpustyp: Untertitel

- Bedoel je de taart?

- lm Schaufenster. - Ein Flan?

   Korpustyp: Untertitel

Wie is die taart?

Wer war denn die Tussi?

   Korpustyp: Untertitel

- Taart in capuchon.

- Der Mann hat uns beklaut!

   Korpustyp: Untertitel

Je bakt een taart.

- Ich backe, manchmal.

   Korpustyp: Untertitel

Steek de taart aan.

Zündet die Kerzen an.

   Korpustyp: Untertitel

De wedstrijd taart eten.

Der Wettbewerb im Tortenessen.

   Korpustyp: Untertitel

Waar blijft de taart?

Wann kriegen wir was vom Karottenkuchen?

   Korpustyp: Untertitel

lk wil geen taart.

Ich will gar keine Teilchen.

   Korpustyp: Untertitel

Je favoriete taart, liefje.

Ich habe dir deinen Lieblingskuchen gemacht.

   Korpustyp: Untertitel

Kijk eens, een taart.

Voila. Ein Topfkuchen.

   Korpustyp: Untertitel

Deze taart lust iedereen.

Ich hoffe, dass es allen gefällt...

   Korpustyp: Untertitel

Er is nergens taart.

Gibt 's hier gar kein Fässchen?

   Korpustyp: Untertitel

Zet die taart neer!

- Glückwunsch zum Abschluss, Depp.

   Korpustyp: Untertitel

- Taart of ijs?

- Ja. 'ne Apfeltasche oder Eis?

   Korpustyp: Untertitel

- Ver voor de taart.

- Lang vor dem Dessert.

   Korpustyp: Untertitel

Niet een paard, taart.

Wie haben Sie uns gefunden?

   Korpustyp: Untertitel

Krijgen we ook taart?

Die Mädchen würden sich freuen.

   Korpustyp: Untertitel

Geen feest, geen taart.

Schatz, es gibt keine Feier.

   Korpustyp: Untertitel

Je houdt van taart.

Und unsere 3 Kinder rennen herum,

   Korpustyp: Untertitel

Geniet van de taart.

Die Blume hat ein Geheimnis.

   Korpustyp: Untertitel

- lk heb perzik taart, appeltaart... en aardbei-rabarber taart gebakken.

- Ich habe ein paar Törtchen gemacht. Pfirsich, Apfel, Erdbeer und Rhabarber.

   Korpustyp: Untertitel

Laat de taart maar zitten.

Behalten Sie den Nachtisch!

   Korpustyp: Untertitel

Chocolade taart... en air-conditioning.

Schokoladenkuchen. Und eine Klimaanlage wäre toll.

   Korpustyp: Untertitel

lk zal de taart ophalen.

Ich hole ihn ab.

   Korpustyp: Untertitel

- lk wil een taart bakken.

- Ich will basteln.

   Korpustyp: Untertitel

We gaan een taart bakken.

Lasst uns ein wenig basteln.

   Korpustyp: Untertitel

Taart? Hij heeft me gebeld.

Er hat mich angerufen, Damon.

   Korpustyp: Untertitel

de slagroom op de taart.

Ich hatte nur einen schwierigen Tag.

   Korpustyp: Untertitel

En iemand om... zware taart!

- Ist die schwer!

   Korpustyp: Untertitel

Wie is die ouwe taart?

Und die alte Schabracke?

   Korpustyp: Untertitel

Je moet de taart proberen.

Sie sollten die Quiche probieren.

   Korpustyp: Untertitel

Pak nu maar de taart.

- Ok.

   Korpustyp: Untertitel

- lk hou wel van taart.

Ok? Und jetzt die Frucht...

   Korpustyp: Untertitel

lk bied je taart aan.

Worüber hatten wir gerade gesprochen?

   Korpustyp: Untertitel

Je moet de taart terugbrengen.

- Die haben total lecker geduftet.

   Korpustyp: Untertitel

Nog eens in de taart.

Und noch mal in die Bresche springen.

   Korpustyp: Untertitel

Dus jullie willen taart, hé?

Aha! Hier ist das Problem.

   Korpustyp: Untertitel

-Nee, ik wil geen taart.

- Nein, danke.

   Korpustyp: Untertitel

- lk ben vermomd, stomme taart!

- Ich bin verkleidet, du dummes Weib!

   Korpustyp: Untertitel

Eet je taart op, liefje.

- Iss schön, mein Schatz.

   Korpustyp: Untertitel

Waar is die ouwe taart?

Wo ist die alte Vettel?

   Korpustyp: Untertitel

We hebben net taart gehad.

Wir hatten eben welchen.

   Korpustyp: Untertitel

Niet aan de taart komen!

Ihr lasst die Finger davon.

   Korpustyp: Untertitel

Een cadeau, een vergiftigde taart.

Eine Bazillentorte.

   Korpustyp: Untertitel

- Er is hier geen taart.

- Nein, hier ist nichts.

   Korpustyp: Untertitel

lk neem de hartige taart.

Aeh, ich nehme den Auflauf.

   Korpustyp: Untertitel

We hebben de taart opgegeten.

-Wir haben ihn gegessen.

   Korpustyp: Untertitel

lk domineerde met taart patrouille.

- Beim Kuchenbesorgen gebe ich den Ton an.

   Korpustyp: Untertitel

Die taart zal niet sterven!

- Der schon wieder...

   Korpustyp: Untertitel

Taart, het woord alleen al.

Ich will noch nicht mal dieses Wort hören.

   Korpustyp: Untertitel

Inkomsten en Uitgaven taart grafiek

Tortendiagramm für Einnahmen und Ausgaben

Sachgebiete: technik    Korpustyp: KDE4

En dit is de taart.

Und sie ist der Grund.

   Korpustyp: Untertitel

Wel, ze hebben goede taart.

Na ja, Spitzenkuchen.

   Korpustyp: Untertitel

Waarom heb je een taart?

Warum hast du einen Blechkuchen?

   Korpustyp: Untertitel

Jij neemt de taart, bub.

Du schießt den Vogel ab, Kumpel.

   Korpustyp: Untertitel

Jouw favoriete taart is er.

Red Velvet mit Frischkäsefüllung.

   Korpustyp: Untertitel

Wie wil er geflambeerde taart?

- Wer möchte Flambé?

   Korpustyp: Untertitel

Jongen, waar is de taart?

- Alter? - Ja?

   Korpustyp: Untertitel

Ze is een oude taart.

Sie ist eine schrullige alte Frau.

   Korpustyp: Untertitel

Je weet dat ik geen taart eet.

So was esse ich nicht.

   Korpustyp: Untertitel

Er loopt was over de taart.

Das Kerzenwachs läuft überallhin.

   Korpustyp: Untertitel

Wie noem jij een oude taart?

Wen nennst du senil?!

   Korpustyp: Untertitel

lk wou persé die chocolade taart.

Ich musste den Schokoladenkuchen haben.

   Korpustyp: Untertitel

Nee. 'Een ordinaire taart.' Je zei...

Nein. "Ein gemeines Schnittchen." Du hast gesagt...

   Korpustyp: Untertitel

Hoepel op met mijn manieren, ouwe taart.

Ich pfeif auf die Manieren, du alte Hexe.

   Korpustyp: Untertitel

Ze gaan helemaal geen taart bakken.

He, die basteln nicht nur so ein bisschen rum.

   Korpustyp: Untertitel

Het gaat over 'n wedstrijd taart eten.

Handelt von 'nem Wettbewerb im Tortenessen.

   Korpustyp: Untertitel

Misschien wil je een andere soort taart?

Darf's was anderes sein?

   Korpustyp: Untertitel

Mike, Dennis is niet aan die taart...

Ach, Mike, Dennis ist nicht gestorben...

   Korpustyp: Untertitel

Kijk ik heb mijn taart al.

Siehst du? Ich habe mein Stück schon.

   Korpustyp: Untertitel

Mama is de taart aan het snijden.

Sie serviert gerade das Baiser.

   Korpustyp: Untertitel

Veel Tequila om die taart te vergeten.

Hier ist Tequila, um es wieder gutzumachen.

   Korpustyp: Untertitel

lk ben in de taart gaan staan.

Ich bin in den Teig getreten.

   Korpustyp: Untertitel

Hoe kom je hieraan, gekrompen oude taart?

Wo hast du das her, du geschrumpftes altes Weib?

   Korpustyp: Untertitel

Dat ze taart voor ons bakte?

Hat uns Zitronenkuchen gebacken?

   Korpustyp: Untertitel

Bewaar wat van die taart voor morgen.

Nimm die Finger da raus und heb was für morgen auf!

   Korpustyp: Untertitel

Hij vertelde de ouwe taart alles.

Hat der alten Nageltasche alles erzählt.

   Korpustyp: Untertitel

Geef me geen slechte taart punten.

Die von ganz hinten, Mann.

   Korpustyp: Untertitel

- Er is geen tijd voor taart.

- Auf den können wir nicht warten.

   Korpustyp: Untertitel

Het is het Camilla's favoriete taart.

Das ist Camillas Lieblingssorte.

   Korpustyp: Untertitel

- Je mag je taart niet eten.

- so ist das immer.

   Korpustyp: Untertitel

Eén pecan taart, komt er aan.

Der Pekannusskuchen kommt sofort.

   Korpustyp: Untertitel

Je taart is nu soep geworden, ouwe.

Hey, dein Auflauf, alter Mann.

   Korpustyp: Untertitel

Mevrouw Nixon heeft net haar taart uitgekotst.

Mrs Nixon hat gerade ihren Fischauflauf ausgekotzt.

   Korpustyp: Untertitel

Normaal hebben we taart met slagroom.

Sonst essen wir Sahnetorten.

   Korpustyp: Untertitel

Dit is een tekening van de taart.

Es gibt viel Dinge für Sie zu tun.

   Korpustyp: Untertitel

Mag ik KGB op de taart schrijven?

- Darf ich KGB draufschreiben?

   Korpustyp: Untertitel

Bedankt. De taart was zo lekker.

Leute, danke, dass ihr zu meinem Fest gekommen seid.

   Korpustyp: Untertitel