linguatools-Logo
224 Verwendungsbeispiele

Übersetzungen

[VERB]
weggehen weggaan 550 vertrekken 145 uittrekken

Verwendungsbeispiele

weggehen weggaan
 

Deutsche Sätze

Niederländische Sätze

Die intellektuelle Elite dürfe, so der Kommissionspräsident, nicht weggehen.
De knappe koppen, zegt de voorzitter van de Commissie, mogen niet weggaan.
   Korpustyp: EU
Papa ging weg und kam nicht wieder.
Papa is weggegaan en niet meer teruggekomen.
   Korpustyp: Untertitel
Da sprach Jesus zu den Zwölfen: Wollt ihr auch weggehen?
Jezus dan zeide tot de twaalven: Wilt gijlieden ook niet weggaan?
Sachgebiete: Religion    Korpustyp: Bibel
Miro und ich gingen mit dem Roten Kreuz weg.
Miro en ik zijn weggegaan met het rode kruis.
   Korpustyp: Untertitel
Treibe den Spötter aus, so geht der Zank weg, so hört auf Hader und Schmähung.
Drijf den spotter uit, en het gekijf zal weggaan, en het geschil met de schande zal ophouden.
Sachgebiete: Religion    Korpustyp: Bibel
Erin Hammond und Scott Gregorio gingen zusammen weg.
Erin Hammond en Scott Gregorio zijn samen weggegaan.
   Korpustyp: Untertitel

100 weitere Verwendungsbeispiele mit weggehen

124 weitere Treffer unter Übersetzungen/Wortverbindungen

Deutsche Sätze

Niederländische Sätze

Lass sie nicht weggehen.
Laat haar niet ontkomen.
   Korpustyp: Untertitel
Sie wollte nie weggehen.
Ze wilde niet echt stoppen.
   Korpustyp: Untertitel
Ich werde niemals weggehen.
lk blijf hier voor altijd.
   Korpustyp: Untertitel
Sie hätten weggehen können.
Je hoefde niet te blijven.
   Korpustyp: Untertitel
Weggehen wird nichts verändern.
Vertekken zal geen verschil maken.
   Korpustyp: Untertitel
Lass uns hier weggehen.
We kunnen er beter niet binnengaan.
   Korpustyp: Untertitel
Bitte nicht weggehen, Sir.
Blijft u staan, meneer.
   Korpustyp: Untertitel
Warum sollten wir weggehen?
Waarom moeten wij verhuizen?
   Korpustyp: Untertitel
Ich wollte schon weggehen.
lk had jullie al bijna opgegeven.
   Korpustyp: Untertitel
Du willst wohl weggehen?
En jij, ga je nergens naartoe?
   Korpustyp: Untertitel
Klar werde ich weggehen.
Dat doe ik vast en zeker.
   Korpustyp: Untertitel
- Wenn Sie weggehen!
- Wel als u opstaat.
   Korpustyp: Untertitel
- Ich werde nicht weggehen.
lk heb alle tijd.
   Korpustyp: Untertitel
- Weshalb würden Sie denn weggehen?
- Waarvoor dan wel?
   Korpustyp: Untertitel
- Ich würde da weggehen, Doktor.
Uh, Doctor, ik zou oppassen--
   Korpustyp: Untertitel
Ich werde mit jemandem weggehen.
lk ga al met iemand anders.
   Korpustyp: Untertitel
Du solltest ans Weggehen denken.
Je moet denken om te verhuizen.
   Korpustyp: Untertitel
- Wir hätten nie weggehen sollen.
We moesten blijven.
   Korpustyp: Untertitel
Dann werde ich niemals weggehen.
Dan blijf ik komen.
   Korpustyp: Untertitel
Bang, Bang, schnurgerade, fertig, Weggehen.
Bang, bang, recht op de man, klaar.
   Korpustyp: Untertitel
Ich hab ihn weggehen sehen.
lk zag dat hij vertrok.
   Korpustyp: Untertitel
Du sagtest, ich solle weggehen.
Je wilde dat ik je met rust liet.
   Korpustyp: Untertitel
Würde er ohne uns weggehen?
Zou ie 'm smeren zonder ons?
   Korpustyp: Untertitel
- Mama, Lucky soll da weggehen.
Mam, zeg wat tegen 'm.
   Korpustyp: Untertitel
Wollen wir nicht auch weggehen?
Zin in een ommetje?
   Korpustyp: Untertitel
Du solltest von hier weggehen.
Je moet eruit komen.
   Korpustyp: Untertitel
Für sehr lange Zeit weggehen.
Voor een heel lange tijd.
   Korpustyp: Untertitel
Ich lass dich nicht weggehen.
- lk wil niet dat je wegloopt.
   Korpustyp: Untertitel
Du solltest doch nicht weggehen!
lk zei dat je dicht bij me blijven.
   Korpustyp: Untertitel
- Ich hätte nicht weggehen dürfen.
lk had je nooit alleen moeten laten.
   Korpustyp: Untertitel
Ich hätte nicht weggehen sollen.
lk had daar moeten blijven.
   Korpustyp: Untertitel
Du hättest nicht weggehen sollen!
Je had ze niet alleen moeten laten.
   Korpustyp: Untertitel
Soll ich warten oder weggehen oder was?
Moet ik nu op je wachten of niet?
   Korpustyp: Untertitel
Es wird von alleine wieder weggehen.
Het gaat vanzelf wel weer over.
   Korpustyp: Untertitel
Wenn, dann sollte man vom Geräusch weggehen.
Hoe dan ook, je moet van het lawaai wegblijven.
   Korpustyp: Untertitel
Meine Eltern ließen mich nicht weggehen.
lk mocht niet van mijn ouders.
   Korpustyp: Untertitel
Das Gute am Weggehen ist die Rückkehr.
- lk loop voor gek.
   Korpustyp: Untertitel
Ich möchte jetzt von hier weggehen.
lk wil niet meer wachten.
   Korpustyp: Untertitel
Ich kann nicht mit dir weggehen, Harvey.
lk kan niet met je meegaan, Harvey.
   Korpustyp: Untertitel
Aber mit wie viel könnte ich weggehen?
Hoeveel kan ik meenemen?
   Korpustyp: Untertitel
Etwas für zwanghaftes Verhalten, es muss weggehen.
Heb je iets tegen obsessief gedrag?
   Korpustyp: Untertitel
Andererseits... könnte er wie Sie einfach weggehen.
Niet te lang, hoop ik. Anders neemt Starfleet hem over.
   Korpustyp: Untertitel
Vom Meer weggehen und Frieden finden.
Om de zee achter me te kunnen laten en rust te vinden.
   Korpustyp: Untertitel
Ich würde so weggehen, wie ich kam.
Nou, ik zou teruggaan zoals ik gekomen zou zijn.
   Korpustyp: Untertitel
Wahrscheinlich werde ich hier nie wieder weggehen.
Mensen, mogelijk verlaat ik het hier nooit.
   Korpustyp: Untertitel
Warte! Du kannst doch nicht weggehen!
Wacht, je kunt mij hier niet achterlaten.
   Korpustyp: Untertitel
Ich glaube, wir sollten hier weggehen.
lk denk dat we ons moeten verplaatsen.
   Korpustyp: Untertitel
Du kannst hier nicht einfach weggehen!
Je hebt zojuist mijn president vermoord.
   Korpustyp: Untertitel
- Ich dachte, dann würde es vielleicht weggehen.
- lk dacht dat hij dan zou slinken.
   Korpustyp: Untertitel
Wir hätten zusammen weggehen k önnen.
We hadden samen kunnen vluchten.
   Korpustyp: Untertitel
Ihr solltet doch nicht weggehen, oder?
Je zou bij haar thuisblijven.
   Korpustyp: Untertitel
Sie wird nur widerwillig aufstehen und weggehen.
Het duurt even voordat ze weer draait.
   Korpustyp: Untertitel
Wir sollten Erwachsen sein und sofort weggehen.
We moeten ons gedragen als volwassanen, en nu doorgaan.
   Korpustyp: Untertitel
Nicht weggehen, warten Sie auf mich!
-Blijf waar je bent. Wacht op mij.
   Korpustyp: Untertitel
Du musst mit mir hier weggehen.
Ze zijn even groot en ze gebruiken even veel energie.
   Korpustyp: Untertitel
Denkst du, du kannst einfach weggehen?
Geloofje echt dat je dit kunt achterlaten?
   Korpustyp: Untertitel
Ich möchte nicht, dass Sie weggehen.
lk wil niet dat je ergens anders heengaat.
   Korpustyp: Untertitel
Sam wird gleich nach dem Abschluss weggehen.
Sam vertrekt direct na zijn afstuderen.
   Korpustyp: Untertitel
Können wir nicht mal zusammen weggehen?
Kunnen we niet eens met zijn tweetjes ergen heen?
   Korpustyp: Untertitel
Ich hab dir gesagt du sollst weggehen.
lk heb gezegd dat je het moest negeren.
   Korpustyp: Untertitel
-Sie sagten, wir sollen nicht weggehen.
Ze zeiden dat we hier moesten blijven.
   Korpustyp: Untertitel
Vielleicht sollten wir einfach nie hier weggehen.
Misschien moeten we hier blijven, Harry.
   Korpustyp: Untertitel
Schauen Sie mir beim Weggehen zu.
Zie hoe ik ermee stop.
   Korpustyp: Untertitel
Bald wird Ema weggehen aufs College.
Straks gaat Ema naar de universiteit.
   Korpustyp: Untertitel
Er soll doch nicht ohne mich weggehen.
-Dat had hij mij moeten vragen.
   Korpustyp: Untertitel
es ist immer dasselbe... einfach weggehen!
Maak dat je wegkomt.
   Korpustyp: Untertitel
Ich hätt wohl nicht weggehen sollen, hm?
lk had moeten blijven waar ik was, hè?
   Korpustyp: Untertitel
Und sie? Würdest du mit ihr weggehen?
Wat denk je van haar?
   Korpustyp: Untertitel
Ja, aber würdest du mit ihr weggehen?
Zou je met haar uit willen?
   Korpustyp: Untertitel
Dass ich gestern auch weggehen musste!
Stom dat ik ben wezen stappen.
   Korpustyp: Untertitel
Ich sagte ihm, er soll weggehen.
lk zei dat hij het moest afbollen.
   Korpustyp: Untertitel
Ich will nicht, dass Sie weggehen.
lk wil niet dat je gaat.
   Korpustyp: Untertitel
Warum dürfen wir hier nicht weggehen?
- Waarom zitten we hier vast?
   Korpustyp: Untertitel
"Sie müssen Teil diees sein oder weggehen."
Je moet deel zijn van die verandering of je ligt eruit.
   Korpustyp: Untertitel
Ich gebe dir keine Schuld fürs Weggehen.
lk begrijp dat je bent vertrokken.
   Korpustyp: Untertitel
Vielleicht hat sie jemand weggehen sehen?
Wie weet zijn ze gezien.
   Korpustyp: Untertitel
Da sah ich sie zusammen weggehen.
Daar zag ik ze elkaar ontmoeten, toen we samen weggingen.
   Korpustyp: Untertitel
Ich werde hier nicht ohne ihn weggehen.
- lk ga niet zonder hem.
   Korpustyp: Untertitel
Das Weggehen ist wohl nicht das Problem.
lk denk niet dat wegkomen 't probleem wordt.
   Korpustyp: Untertitel
Du kannst doch nicht so einfach weggehen.
Je beantwoordt ze nooit.
   Korpustyp: Untertitel
Und ich verspreche dir, ich werde nie wieder weggehen.
En ik beloof je.. ..dat ik nergens heen ga.
   Korpustyp: Untertitel
Bevor sich hier nicht alles beruhigt hat, werde nicht weggehen.
Luister, ik blijf hier tot dit hele gedoe is opgelost. Dan ga ik pas.
   Korpustyp: Untertitel
Wie wär's, wenn wir nicht weggehen? Wir bleiben hier.
Dan blijven we gewoon hier en praten we gewoon wat.
   Korpustyp: Untertitel
Ich will hier nicht weggehen, ich will bleiben bei dir.
lk wil hier blijven, in deze tijd met jou.
   Korpustyp: Untertitel
Ich soll den Abend vor Thanksgiving nicht weggehen.
Je hebt liever niet dat ik de avond voor Thanksgiving uit ga.
   Korpustyp: Untertitel
Wenn Sie weggehen, werde ich Ihren Sohn bloßstellen.
Als je stopt, zeg ik waar je zoon zit.
   Korpustyp: Untertitel
Ich muss meinem eigenen Rat folgen und einfach weggehen.
Waarom lach je zo idioot?
   Korpustyp: Untertitel
Dad, ich werde für ein paar Tage weggehen.
Pap, ik ga een paar dagen de stad uit.
   Korpustyp: Untertitel
Vielleicht wirst du sogar einmal weggehen und einen Lehrer haben.
Misschien krijg je ooit wel een echte leermeester.
   Korpustyp: Untertitel
Das GUE zum Weggehen zu überreden, war nicht möglich.
Het HOG liet zich niet zomaar wegsturen.
   Korpustyp: Untertitel
Drac, es ist unglaublich, wie ruhig du ihr Weggehen aufnimmst.
Drack, niet te geloven hoe rustig je bent.
   Korpustyp: Untertitel
Ich will später mal von hier weggehen und arbeiten.
lk wilde daar ooit een baan vinden.
   Korpustyp: Untertitel
Manche Frauen, die weggehen, nehmen das Glück mit sich.
Als 'n vrouw je verlaat kan ze je de vreugde van geld ontnemen.
   Korpustyp: Untertitel
Aber manche, die weggehen, lassen das Glück zurück.
Maar soms is 't net 't tegenovergestelde.
   Korpustyp: Untertitel
Aber wir sollten mal weggehen, solange ich hier bin.
We kunnen wat afspreken nu ik hier ben.
   Korpustyp: Untertitel
Denken Sie, dass Amber wollen würde, dass Sie weggehen?
Denk je dat Amber zou willen dat je wegloopt?
   Korpustyp: Untertitel
Du willst doch nicht mit diesem alten Strawberry weggehen, was?
Jij wilt niet naar die rare Strawberry.
   Korpustyp: Untertitel
Ich werde für eine Zeit von hier weggehen.
lk ga een poosje de stad uit.
   Korpustyp: Untertitel
Hey, Roy? Ja? Hast du Pope weggehen sehen?
- Roy, heb je Pope zien langskomen?
   Korpustyp: Untertitel
Ich muss heute Abend nicht weggehen, wenn du nicht möchtest.
lk ga niet uit vanavond als jij dat niet wilt. Oh, nee, schatje, ga uit.
   Korpustyp: Untertitel